Op 7 september hebben Ruud en Suzanne de ronde van de Mont Aigoual gereden. Met zijn tweeën maar koers blijft koers. Lees hieronder het verslag van dit beroemde rondje. Het verslag is de renner waardig, Tim zou trots zijn.
De leegheid van mijn benen schokt me/het boek lezen ging sneller:
Les Vignes, Lozere. Fris, helder weer. Op de camping loopt een man triomfantelijk van de wc terug. Campinggasten, de leegheid van die darmen schokt mij. Vandaag staat voor Suzanne en mij de ronde van Mont Aigoual op de planning. We bereiden ons minutieus voor; kleding ligt klaar, ontbijt is uitgedacht en klimmen zijn digitaal verkent. Nog even brood halen bij François-Jean de Boulanger alla Bonnefooi, camembert erop en we zijn ervandoor.
Km 0-8. Col de Rieisse
Na 400m warming up beginnen we eraan. De eerste van de dag is de col de Rieisse, 8 km lang en, zeker koud, fucking steil. Uitzicht is om door een ringetje te halen. Zo klimmen we gestaag vanuit het dal van de Tarn naar de hoogvlakte. Gedurende de beklimming stel ik me voor om er maar een etappekoers van te maken. Als het dit de hele dag is, dan zakt Tim er maar in met zijn rondje.
Km 8-30. Hoogland (niet Jair)
De volgende KMS leggen we af op het hoogland. Fietsen is weer leuk. We komen niemand tegen, de wegen zijn glooiend, het asfalt is goed en het uitzicht is fantastisch. Boven ons zweven gieren. Ik denk ‘als ik dood neerval, word ik in ieder geval netjes opgeruimd’. Ik deel deze gedachte niet met Suzanne.
Km 30-40
Tweede klim van de dag. Geen idee de naam, maar we klimmen weer wat. De omgeving blijft prachtig, leeg, ruig en desolaat. Wel is er een klein dorpje, chateux de flonflonflon ofzo. Op dit moment duidelijk geen reet te doen, maar ik beeld me in dat er ‘s avonds wilde seksfeestjes gaande zijn. Ik weet ook niet waar de gedachten vandaan komen. We eten een reepje.
Km 40-Meyrieus
We dalen af langs de rand weer terug de Gorges du Tarn in naar de eigenlijke startplek. Met een rotgang blazen we door het dorp heen want het is koers.
Km 40-50 klimmen
De derde klim van de dag is wat LTD noemde ‘een smerig kutding’. Maar eigenlijk valt dat best mee. Er komen willekeurige zinnen uit het boek in me op. ‘Mijn voorwiel is de eerste in de ronde van Mont Aigoual en ‘is het al tijd om te demarreren?’ Geen gek idee, want Suzanne zit nog lachend in mijn wiel… Boven maar even het pain cereal met camembert eten dan.
Km 50 – 65 Hoogland (niet Jair)
Aangezien we weer uit het dal omhoog zijn geklommen, zitten we weer op Hoogland. Wederom is het er rustig, prachtig en desolaat. Via een smalle, snelle afdaling komen we uit in Trèbes. In de afdaling bedenk ik me, hoe iemand ooit in 1976 heeft kunnen goedkeuren hier een peloton naar beneden te sturen. In Trèbes begint de klim.
Km 65 – 85 Beklimmen van de Mont Aigoual
Voor mij is dit het minst leuke deel van de dag. 90 kg, 20 km lang een berg op slepen is eenmaal geen sinecure. Ook de beklimming zelf is niet spectaculair. Echt zwaar is ie niet, wel lang, maar vooral: weinig uitzicht. Het is heel veel bos, heel veel. Op een gegeven moment rij je een Oostenrijks aandoend dorp in, dan weer uit, en bos. Tot 500 meter voor de top heb je nog geen idee waar je naar toe rijdt.
Km 85-105 afdalen
Vanaf de top van Mont Aigoual is het een lange afdaling (met wat hupjes) tot aan Meyrieus. Het zal ongeveer een km of 30 in totaal zijn totdat we uitgeblust aan een tafeltje ploffen. Direct worden we van alle kanten besprongen door wespen. Fucking great. We bestellen met heel veel moeite 2 chocoladetaartjes. Dit blijkt een volgescheten taartbodem te zijn, dat er werkelijk niet uit ziet. We eten het wel gewoon op. Klaar ermee.
Km 105 – 140 Meyrieus – les Vignes
De laatste 35 km zijn in een dalende lijn maar met windkracht vier in mijn bek is het nog hard werken. Suzanne springt direct in mijn wiel. Die gokt op de sprint zoveel is duidelijk. Ik kijk achterom, ze lacht nog steeds. Oh jee, dit wordt geen zuivere sprint. Nog een uur lang ram ik op kop. Met een noodgang van 27 km/h komen we richting Les Vignes. Ik zet aan. In mijn ooghoek zie ik Suzanne komen. Mijn voorspelling was juist, met een onreglementaire kopstoot komt ze erlangs. Ik word tweede. De UCI geeft natuurlijk niet thuis. Naja, het was wel een mooi rondje.